Vrijwel iedere Nederlander heeft sinds begin juli van dit jaar via zijn of haar mobiele apparaten toegang tot minimaal één 3G- of 4G-netwerk. Dat blijkt uit gegevens die Nederland ICT, de brancheorganisatie van ict-ondernemingen in Nederland, zaterdag publiceerde. Het overgrote deel van het land kan verbinding leggen met twee netwerken, terwijl in de Randstad grote gebieden bestaan met zelfs drie beschikbare verbindingen per inwoner. Slechts kleine stukken land moeten het met minder doen, overeenkomend met zo’n één procent van Nederland.
Het is de eerste keer dat dit onderzoek is uitgevoerd en dat de gegevens vervolgens online gepubliceerd worden. De staat van telecom, zoals de naam van het onderzoek luidt, omvat de resultaten omtrent onderzoek naar de totale digitale infrastructuur zoals die in Nederland geregeld is. Een van de opvallendste conclusies daaruit is dat geen land in Europa in verhouding meer geld uitgeeft aan de technologie dan hier: bijna vier miljard euro in 2013.
Hoewel de dekking van mobiele netwerken zo goed als honderd procent is, kan zij in de praktijk niet altijd gegarandeerd worden. Door omstandigheden kan de verbinding niet altijd aanwezig zijn of optimaal haar werk doen. In de onderzoeksresultaten verwijst Nederland ICT dan ook naar een jaarverslag van het Agentschap Telecom, de toezichthouder op de Nederlandse frequenties, waarin het aangeeft dat een dekking van het volledige grondgebied niet realistisch en zelfs niet gewenst is.
Oorzaken die aangewezen worden zijn onder meer begroeiing en bebouwing, vergunningen voor zendmasten in grensgebieden en reguliere storingen, die in hun geheel niet voorkomen kunnen worden.
