Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft zich weer moeten buigen over de procedure van telefoonaanbieders tegen de Autoriteit Consument en Markt (ACM). De mobiele aanbieders zijn het niet eens met de vastgestelde tarieven.
Complexe procedure
Het is vanaf het begin al een complexe procedure: providers en de Autoriteit Consument en Markt kunnen het maar niet met elkaar eens worden over de tarieven voor vaste en mobiele telefonie voor binnenkomende gesprekken.
In 2013 werden die tarieven al vastgesteld. De ACM maakt in de vaststelling bekend welke tarieven providers aan elkaar mogen doorberekenen voor de binnenkomende gesprekken op hun netwerk.
Tariefplafonds van ACM
De tariefplafonds van de ACM doen volgens de providers geen recht aan de werkelijkheid. Daarom moet de rechter nu een besluit nemen over de berekening voor die tariefplafonds. De Autoriteit wil de plafond graag verlagen. Voor de aanbieders kan dat een verschil uitmaken van tientallen miljoenen euro’s.
Het oorspronkelijke besluit, MFTA-FTA-4, dateert al van 2013, maar de providers en de toezichthouder liggen al vier jaar met elkaar overhoop en het Europese Hof is er niet aan toegekomen de zaak inhoudelijk te behandelen. Dat komt doordat heen en weer vragen werden gesteld. In april moet het vonnis dienen en zal het duidelijk worden wat providers mogen rekenen.